Uitbreidingsplannen voor uw paardenhouderij? Houd rekening met de aan te houden afstanden voor geur.
Een paardenhouderij veroorzaakt een zekere geurbelasting. Voor paarden is geen emissiefactor vastgesteld. Bij het oprichten of uitbreiden van een paardenhouderij gelden vaste afstanden. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen bedrijven gelegen binnen de bebouwde kom en bedrijven gelegen buiten de bebouwde kom. Binnen de bebouwde kom geldt een aan te houden afstand van 100 meter vanuit het dierenverblijf tot aan een geurgevoelig object. Buiten de bebouwde kom is deze afstand 50 meter. Deze afstand wordt gemeten vanuit het emissiepunt van het dierenverblijf. Ook bij het opslaan van vaste mest dient in veel gevallen met deze afstanden rekening worden gehouden. Daarnaast geldt een minimaal aan te houden afstand van de buitenzijde van het dierenverblijf tot de buitenzijde van het geurgevoelig object van 50 meter binnen de bebouwde kom en 25 meter buiten de bebouwde kom. Gemeenten zijn bevoegd om middels een verordening af te wijken van deze afstanden.
Op 24 mei 2017 heeft de rechtbank van Amsterdam een uitspraak gedaan waarbij is uitgesproken dat in bepaalde situaties ook bij paddocks rekening gehouden moet worden met de minimale afstandseisen voor geur. Hierbij is het van belang hoe intensief de paddock wordt gebruikt.
Door: ing. J.A.W. (Joeri) Peek, joeripeek@noordanuspartners.nl